Werkvorm
Prompt-battle: wie verkrijgt de beste output?
- Doel van activiteit
-
- Reflecteren
- Metacognitie bevorderen
- Kritisch denken
- Aantal studenten
-
- Kleine groep
- Medium groep
- Grote groep
Ontdek het belang van goed prompten en ontwikkel een scherp oog voor kwaliteit.
Studenten strijden in duo’s om wie met prompt(s) de beste output genereert. De student krijgt een opdracht en bedenkt zelf hoe AI het beste aan te sturen. Daarna vergelijken studenten elkaars prompts én de resultaten. De student leert wat een goede prompt is, hoe de kwaliteit van de AI-output verschilt en hoe die kritisch te beoordelen en verbeteren. Deze battle draait niet alleen om creativiteit, maar vooral om inzicht: wat maakt AI-output sterk of juist zwak? En hoe stuur jij de AI precies genoeg om bruikbare output te krijgen?
Leerdoelen:
- De student leert effectieve prompts formuleren die aansluiten bij het doel van de opdracht.
- De student ontwikkelt kritisch vermogen in het analyseren en beoordelen van AI-output op inhoudelijke kwaliteit, originaliteit en toepasbaarheid.
- De student leert output gericht te herzien en verbeteren
- De student ontwikkelt kwaliteitsbesef door AI-output te vergelijken, evalueren en te beargumenteren wat goede versus minder goede kwaliteit is.
Stappenplan voor het uitvoerren van de werkvorm
Voorbereiden
Geef de studenten een concrete opdracht (bijv. een doelgroepanalyse of een adviesrapport). De studenten bespreken in duo’s de opdracht en het beoordelingsformulier. Ze dienen daarbij goed na te denken over wat de opdracht vraagt en welke output van AI daartoe gewenst is. Welke rol, toon en instructies zijn nodig voor het verkrijgen van de gewenste output?
Prompt ontwerpen
Studenten formuleren in duo’s hun prompt: duidelijk, specifiek en doelgericht.
Gebruik bijvoorbeeld het RTF-model (Rol – Taak – Format) als hulpmiddel.
Kritisch evalueren van de output is hierbij van belang. Waar kan de student de prompt nog aanscherpen? En hoe kan de student met een nieuwe aanvullende prompt de output verbeteren?
Output kiezen, motiveren en output aanvullen/verbeteren
De studenten vatten samen hoe ze AI hebben aangestuurd en onderbouwen waarom ze deze output goed vinden. Wat is sterk aan de output én waar/hoe zou het nog beter kunnen? Studenten leveren daarbij de conversatie met de chatbot in.
Vergelijken en beoordelen
Studenten presenteren in subgroepjes per duo hun prompts en resultaten aan elkaar. Ze vergelijken elkaars resultaten: wie kreeg de meest scherpe, creatieve of bruikbare output?
Per subgroepje bespreken de studenten met elkaar welke prompttechnieken en formuleringen goed werkten en waarom.
Reflecteren en leren
De student noteert wat die geleerd heeft over prompten en het beoordelen van AI-output. Wat werkte wel of niet in de gehanteerde aanpak? Wat neemt de student mee naar een volgende opdracht?
Voorwaarden voor een gewenst resultaat van de werkvorm:
- Reserveer in de les tijd om studenten te leren hoe ze AI effectief kunnen aansturen. Introduceer hiervoor bijvoorbeeld het RTF-framework (Rol, Taak, Formaat), zodat studenten leren om hun prompts gestructureerd en doelgericht te formuleren.
- Besteed tijd aan het ontwikkelen van kwaliteitsbesef. Hierdoor leren studenten AI-output kritisch te beoordelen én deze gerichter aan te sturen met effectievere prompts. Zo benutten ze AI niet alleen als hulpmiddel, maar ook als leerpartner.
Werkt nog beter wanneer:
- Laat studenten a.d.h.v. rubrics elkaars prompts en output beoordelen. Het geeft studenten houvast bij het beoordelen van AI-prompts en -output. Het maakt kwaliteitscriteria expliciet, waardoor studenten gericht kunnen reflecteren op wat goed is en wat beter kan. Dit bevordert kritisch denken en zorgt voor een gedeeld referentiekader tijdens peerfeedback (zie voorbeeld van een rubric onderaan/link).
Benodigde materialen voor het uitvoeren van de werkvorm:
- Toegang tot een AI chatbot (bij voorkeur HvA Chat)
Beoordelingspunt |
4 = Heel goed |
3 = Goed |
2 = Kan beter |
1 = Onvoldoende |
1. De prompt die de student gebruikte |
De prompt is specifiek, creatief én strategisch opgebouwd, met aandacht voor rol, toon of structuur. De student toont hiermee inzicht in hoe je AI gericht aanstuurt.
|
De prompt is bruikbaar, maar mist nog verfijning. Er is sprake van een goed begin, maar het laat nog niet zien dat de student de AI bewust en strategisch aanstuurt. |
De prompt is wat vaag of mist scherpte. |
De prompt is onduidelijk of niet passend bij de opdracht. |
2. De output die AI teruggeeft |
De output is sterk, origineel en goed bruikbaar voor de opdracht. |
De output is bruikbaar, maar niet bijzonder creatief of onderscheidend. |
De output is wisselend van kwaliteit, maar bevat enkele bruikbare elementen. |
De output is niet bruikbaar of sluit onvoldoende aan. |
3. Beoordeling van de AI-output |
De student geeft een scherpe analyse van sterke en zwakke punten, met duidelijke argumentatie. |
De student geeft een goede beoordeling met uitleg. |
De beoordeling is oppervlakkig of weinig concreet. |
De student bespreekt de kwaliteit van de output nauwelijks. |
4. Kwaliteitsbesef en verbeteren |
De student toont goed inzicht in wat kwaliteit is en verbetert het werk doelgericht. |
De student benoemt verbeterpunten en past die deels toe. |
De student herkent wat er beter kan, maar doet er weinig mee. |
De student toont weinig zicht op kwaliteit of verbetert niets. |
5. Presentatie en toelichting |
De uitleg van de student is helder en begrijpelijk. Hij/zij doet dat op een gestructureerde en overtuigende manier. |
De uitleg van de student is helder en begrijpelijk. |
De uitleg is onduidelijk of rommelig. |
De student geeft geen of een moeilijk te volgen toelichting. |